Direct naar artikelinhoud
OpinieMusea

De eigen collectie, dat is de parel

Musea moeten met de eigen collectie bezoek trekken, niet met blockbusters, betogen Micky Piller en Kristoffel Lieten.

en

In een crisis is er behoefte aan hulp en praktische oplossingen, maar vooral ook reflectie op de toekomst. De musea zijn bezig met tijdblokken, eenrichtingsverkeer en controlerende surveillanten. Naar onze mening zal dit niet voldoende zijn voor hun overleven in de nabije toekomst.

Zeker de helft van de kleine en middelgrote musea zit nu al in de rode cijfers en ook veel grote musea hebben het moeilijk. De praktische anderhalvemeteroplossingen leiden onvermijdelijk tot een sterke vermindering van het aantal (toegelaten) bezoekers en dus ook tot een ferme financiële dreun. De betere oplossing is de kerntaak van het museum actiever op te pakken: het ontsluiten van de eigen collectie.

In het advies van de Raad voor Cultuur werd al eerder, in april 2018, gewezen op de taken van het museum. In het voorstel ‘In wankel evenwicht’ werd gewaarschuwd dat ‘de maatschappelijke druk’ om in hoge frequentie tentoonstellingen te organiseren met een laagdrempelige programmering, weleens ten koste zou kunnen gaan van de eigenlijke taak van musea. Dat is het opslaan, beheren, documenteren en ontsluiten van hun collecties.

Ondergeschoven kindje

Beheer en ontsluiting van de collectie zijn inmiddels een ondergeschoven kindje bij het binnenhalen van hoge bezoekersaantallen. Axel Rüger was dertien jaar directeur van het Van Gogh Museum. Bij zijn aantreden was er één medewerker marketing en één fondsenwerver. Bij zijn vertrek in 2019 waren dat afdelingen met elk tien medewerkers. Vergelijkbare ontwikkelingen doen zich in andere musea voor.

Grote publieksvriendelijke exposities zijn geen gevolg van ‘maatschappelijke druk’, zoals de Raad voor Cultuur stelde, maar van politieke besluitvorming, beginnend in de jaren negentig van de vorige eeuw. Het cultuuraanbod werd een cultuurmarkt. Musea moesten ondernemers worden. Door bezuinigingen moesten ze steeds meer hun eigen broek ophouden. Spraakmakende tijdelijke tentoonstellingen zouden de oplossing zijn. Dit blijkt een valkuil: deze trokken meer bezoekers, maar kostten ook te vaak te veel geld.

In musea wordt het culturele erfgoed bewaard. Nederlands erfgoed, maar ook erfgoed uit nabije en verre landen. Het is het verhaal van Nederland en zijn geschiedenis, een verhaal met grote kunst, maar ook volkskunst, toegepaste kunst en stedelijke ontwikkelingen. Een verhaallijn van de dominante cultuur, als ook van vele gemarginaliseerde culturen.

Museale verslaving aan groeicijfers

Als een van de weinige museumdirecteuren wees Meta Knol, directeur van de Leidse Lakenhal, op de bizarre ontwikkeling van de publicitair gestutte blockbuster-tentoonstelling. Zij noemde het zelfs een groeiverslaving: kunst invliegen, enkele maanden ophangen, drommen bezoekers binnenhalen, met het gevaar dat de cijfers toch rood kleuren. In deze ‘museale verslaving’ aan groeicijfers is de marketingafdeling de eigen collectie vergeten.

Door fondsenwerving bij grote stichtingen kon men niet alleen de dure tentoonstellingen, maar vooral ook de publiciteit eromheen betalen. Er bestaat in Nederland zelfs een blockbuster-fonds om reclame mee te financieren. Zo ontstond de vicieuze cirkel: stichtingen en het bedrijfsleven dragen graag bij als de expositie allure heeft en die allure wordt opgeklopt door de marketingmachine. Vandaar ons dringend appèl op herbezinning van het tentoonstellingsbeleid.

Het succes van marketing is gebleken. De mooie eigencollectiezalen krijgen echter geen pr-aandacht. De combinatie van een dynamisch beleid met het eigen bezit en een actieve marketing leidt, in onze ogen, tot minder kosten en veel bezoekers. Zo zullen de heel rustige zalen van de eigen collectie waar je in de pre-coronatijd vrijwel niemand tegenkwam, gevuld worden met belangstellende en verraste kunstliefhebbers.

Lees ook:

Directeur Axel Rüger verlaat het Van Gogh Museum na een rimpelloze periode

Na dertien jaar vertrekt directeur Axel Rüger (1968) bij het Van Gogh Museum. Per 1 juni wordt hij secretaris en CEO van de Royal Academy of Arts in Londen. Onder de nagenoeg rimpelloze leiding van Rüger maakte het Van Gogh een groei door van 1,4 naar 2,2 miljoen bezoekers per jaar. 

Waarom hang je een Rothko naast Jeroen Bosch?

Carel Blotkamp gaf de zalen van Museum Boijmans Van Beuningen een make-over. Met ‘botsingen’ tussen oude en moderne kunst wil hij de bezoekers fris houden, zodat ze aandachtiger gaan kijken.